6. Hypochondrie (ziekteangststoornis)

Als je last hebt van hypochondrie, ben je overdreven bang om een ernstige ziekte te hebben of krijgen. Je bent erg gericht op wat je voelt in je lichaam. Normale lichamelijke verschijnselen, zoals jeuk, kramp of een pijnscheut, worden gezien als bewijs dat er iets aan de hand is. Zo denk je dat huiduitslag betekent dat je een huidziekte hebt, of dat hoofdpijn wijst op een hersenaandoening. Het kan zijn dat je vaak naar de dokter gaat om je te laten onderzoeken. Maar de bevestiging dat je gezond bent, stelt je niet lang gerust. Je blijft bang dat je een aandoening hebt en piekert veel over wat dit voor je leven zou betekenen. Soms voel je je gefrustreerd, omdat je het idee hebt dat de dokters je niet serieus nemen.

Hoewel deze stoornis bekend staat als hypochondrie, wordt er tegenwoordig een nieuwe naam gebruikt, namelijk ziekteangststoornis. Het wordt soms ook ziektevrees of ziektefobie genoemd. De stoornis komt even vaak bij mannen als bij vrouwen voor. In een huisartsenpraktijk blijkt ongeveer 5% van de patiënten last te hebben van hypochondrie.

Hoe herken je hypochondrie?

Bij ziekteangststoornis staat de angst voor het hebben van een ernstige ziekte centraal. Het verschil met andere SOLK-stoornissen is dat je bij hypochondrie vooral last hebt van die angst, en niet zozeer van lichamelijke klachten zelf. Je zal je in de volgende kenmerken herkennen:

  • Je besteedt veel tijd aan piekeren over of je een ernstige ziekte hebt of krijgt. Dit is al minstens een half jaar aan de hand. De specifieke ziekte waar je bang voor bent, kan wel wisselen met de tijd;
  • Je hebt geen of lichte lichamelijke klachten;
  • Je voelt je angstig over je gezondheid en maakt je hier snel zorgen over;
  • Je bent ook in je gedrag op een overdreven manier bezig met de angst voor een ernstige ziekte. Voorbeelden van dit soort gedrag zijn: je lichaam of ontlasting controleren, informatie over de ziekte opzoeken op internet, vaak naar artsen gaan, doktersafspraken juist vermijden, of niet meer sporten.

Hoe ontstaat het?

Er is niet één duidelijke oorzaak voor hypochondrie aan te wijzen. Mogelijk is erfelijkheid een factor die van belang is. Daarnaast kunnen negatieve gebeurtenissen in je leven de kans op het krijgen van een ziekteangststoornis vergroten. Als je ooit in je leven een ziekte hebt gehad, dan kan je op latere leeftijd de angst ontwikkelen om opnieuw ziek te worden. Dit geldt vooral voor kinderen met een ziekte. Als je als kind mishandeld bent, heb je ook een grotere kans om als volwassene hypochondrie te krijgen. Een andere factor die kan meespelen, is je opvoeding. De stoornis komt vaker voor bij mensen die zijn opgegroeid met ouders die snel bezorgd waren over lichamelijke klachten. Tot slot lijken ook bepaalde persoonlijke eigenschappen van belang te zijn, zoals hoe angstgevoelig je van jezelf bent.

Wat zijn mogelijke gevolgen van hypochondrie

Je kan behoorlijk veel hinder ondervinden van leven met hypochondrie. Steeds maar piekeren over je gezondheid kost tijd en energie. Dit geldt ook voor het gedrag dat hoort bij hypochondrie, zoals veel googlen, vaak naar de dokter gaan, of je lichaam controleren. Het is verder zwaar om regelmatig angstgevoelens te ervaren. Als je erg gefocust bent op je lijf, kunnen je normale lichamelijke sensaties eindigen in paniekgevoelens, zoals hartkloppingen, duizeligheid of benauwdheid.

Door hypochondrie kun je thuis en op je werk vaak minder goed functioneren. Je komt bijvoorbeeld niet altijd meer toe aan huishoudelijke klussen. Of je merkt dat je concentratie op je werk is verslechterd. Het kan ook invloed hebben op je gezinsleven, bijvoorbeeld als je je partner veel om geruststelling vraagt. Je hypochondere gedrag kan zorgen voor irritaties in het gezin. Het klinkt tot slot tegenstrijdig, maar een ziekteangststoornis kan er juist voor zorgen dat je fysieke gezondheid achteruit gaat. Vooral als je doktersafspraken en sporten vermijdt, kunnen er negatieve gevolgen voor je lichamelijke gesteldheid zijn.

Hoe behandel je het?

Het kan een grote stap zijn om psychologische hulp te zoeken voor je hypochondrie. Omdat je zo bang bent dat je fysiek wat mankeert, heb je de neiging om naar de dokter te gaan in plaats van de psycholoog. Terwijl mensen met ziekteangststoornis enorm veel baat hebben bij psychologische hulp. De behandeling richt zich op het verminderen van je zorgen en het gedrag wat daarbij hoort. Daarom doet het er eigenlijk niet eens toe wat de oorzaak is voor je lichamelijke sensaties. Als je op intake komt, wordt er gekeken welke behandeling jou het beste kan helpen. Lees hier meer over de verschillende behandelopties bij SOLK-klachten.